Kasplantje na reanimatie? De cijfers geven hoop

Veel mensen zijn bang dat iemand na een reanimatie eindigt als een ‘kasplantje’: afhankelijk, met ernstig hersenletsel. Die angst kan ertoe leiden dat omstanders twijfelen om in actie te komen bij een hartstilstand. Gelukkig laten de cijfers een veel positiever beeld zien. Uit onderzoek blijkt dat 80 tot 90 van de 100 mensen een jaar na een reanimatie een goede levenskwaliteit heeft. Daarnaast keert meer dan 70 procent van de mensen die vóór de hartstilstand werkten, binnen een jaar terug naar hun baan.

Het grootste deel van de mensen die een hartstilstand overleven, herwint dus een volwaardig leven. De vrees voor een ‘kasplantje na reanimatie’ blijkt vaak groter dan de werkelijkheid. Snelle actie met reanimatie en het gebruik van een AED vergroot de kans op herstel enorm.

Wat gebeurt er tijdens een hartstilstand?

Bij een hartstilstand stopt het hart met pompen en komt er geen zuurstof meer in de hersenen. Al binnen enkele minuten kan dit hersenschade veroorzaken. Hoe langer de circulatie stilstaat, hoe groter de kans op blijvende schade.

Daarom is het zo belangrijk dat omstanders direct starten met reanimatie en een AED gebruiken. Zo wordt de doorbloeding kunstmatig op gang gehouden en krijgt het slachtoffer de grootste kans op herstel.

Kasplantje na reanimatie: feiten en fabels

De term ‘kasplantje’ na een reanimatie suggereert dat overlevenden vaak blijvend ernstige hersenschade hebben. De realiteit is anders. Het risico op hersenschade na een hartstilstand hangt vooral samen met de tijd tot reanimatie.

• Binnen enkele minuten starten met reanimatie vergroot de kans op volledig herstel.

• Elke minuut zonder reanimatie verlaagt de overlevingskans met 7 tot 10 procent.

• Wordt een AED binnen zes minuten ingezet, dan kan de kans op overleving zelfs verdrievoudigen.

De schade ontstaat dus niet door de reanimatie zelf, maar door het gebrek aan zuurstof.

Wat zeggen de cijfers over hersenschade na reanimatie?

Het merendeel van de mensen die een hartstilstand overleeft, kan na verloop van tijd weer een normaal leven oppakken. Veel mensen hervatten hun dagelijkse activiteiten en keren zelfs terug naar werk. Ernstige en blijvende hersenschade komt veel minder vaak voor dan vaak wordt gedacht.

Hoe verklein je het risico na een hartstilstand?

Iedereen kan helpen om de kans op hersenschade na een hartstilstand te verkleinen:

1. Volg een reanimatiecursus en leer hoe je direct moet handelen.

2. Word burgerhulpverlener en ontvang oproepen bij een reanimatie in de buurt.

3. Zorg voor AED’s in de omgeving, zodat er altijd binnen enkele minuten een apparaat beschikbaar is.

Conclusie: reanimatie vergroot juist de kans op herstel

De angst dat iemand na een reanimatie een ‘kasplantje’ wordt, is begrijpelijk maar meestal onterecht. In werkelijkheid krijgt de meerderheid van de overlevenden hun leven grotendeels terug. Het echte risico zit in niet of te laat handelen.

Door direct te starten met reanimatie en een AED in te zetten, vergroot je de kans op overleving én op een toekomst met kwaliteit van leven.